Driekwart van de schoolbesturen merkt dat scholen meer energie verbruiken door de ventilatie-eisen tijdens de coronapandemie. Dat blijkt uit een ledenpeiling van de PO-Raad. Extra lastig is dat de energieprijzen flink zijn gestegen. Momenteel kampt 44% van de respondenten met stijgende energieprijzen. Â
Overige schoolbesturen hebben nog geen last van de hoge energieprijzen omdat veel van hen afspraken hebben gemaakt via een inkoopcollectief. De prijs die zij betalen voor energie is voor langere tijd vastgezet. De PO-Raad verwacht echter dat ook deze schoolbesturen straks te maken krijgen met hogere energieprijzen. De inkoopcollectieven moeten hun contracten met energieleveranciers opnieuw aanbesteden en de verwachting is dat ook dan de prijzen stijgen. Â
Gevolgen stijgende energieprijzenÂ
Hogere energiekosten kunnen vrijwel niet uit het budget voor bedrijfsvoering (MI-bekostiging) worden betaald. Het moet daarom gehaald worden uit het geld dat schoolbesturen ontvangen voor het betalen van het personeel. Praktisch betekent dit dat de schoolorganisatie moet bezuinigen op personeel en dat heeft ook gevolgen voor het onderwijs aan leerlingen en de onderwijskwaliteit.Â
Evaluatie bekostiging is hard nodigÂ
De PO-Raad hoopt dat het ministerie van OCW de stijgende energieprijzen voldoende meeneemt in de jaarlijkse prijsindexatie, zodat scholen op die manier gecompenseerd worden. Daarnaast is het belangrijk dat ook de totale materiële (niet-personele) bekostiging  onder de loep wordt genomen: schoolbesturen gaven in de periode 2010-2014 al 35% meer uit aan kosten als onderhoud, schoonmaak en energie als waar ze voor worden bekostigd, bleek uit de vijfjaarlijkse bekostigingsevaluatie in 2017 welke werd uitgevoerd door adviesbureau Berenschot. De materiële kosten zijn sinds die tijd alleen maar toegenomen. De materiele instandhouding moet volgens de Wet op Primair Onderwijs (WPO) elke vijf jaar worden geëvalueerd. Tot en met 2014 heeft dat ook plaatsgevonden om de vijf jaar plaatsgevonden, maar heeft ondanks de tekorten die telkens werden vastgesteld heeft dit niet geleid tot een bijstelling van de bekostiging. De PO-Raad vindt het belangrijk dat een dergelijke vijfjaarlijkse evaluatie snel weer plaatsvindt, zeker nu dit al langer dan vijf jaar op zich laat wachten. Â
Â
Bron: PO-raadÂ