De oorlog in Oekraïne houdt ook veel leerlingen – en docenten – bezig en raakt hen in sommige gevallen ook direct, bijvoorbeeld doordat ze er familie hebben wonen. Het kan leerlingen helpen om op school over de situatie en hun gevoelens en zorgen te kunnen praten, hun mening te kunnen uiten en vragen te kunnen stellen om beter te leren begrijpen wat er aan de hand is. Diverse organisaties bieden lesmateriaal en andere ondersteuning aan die docenten helpen om de oorlog op een goede manier bespreekbaar te maken.
Zo heeft Utrecht University samen met de website ‘TerInfo’ een lesbrief opgesteld voor leraren in het po, vo en mbo, over manieren om de oorlog in de klas te bespreken.
Uitgeverij Creathlon heeft op de website goedemorgenopschool.nl gratis materiaal beschikbaar over de oorlog in Oekraïne.Bij het materiaal zitten vragen aan de hand waarvan leerlingen de inval door het leger van Rusland in Oekraïne met elkaar kunnen bespreken. Wat is er aan de hand? Wat gaan wij er in Nederland van merken? Moeten we Oekraïne helpen, en hoe dan?
Kamir Amghar, docent mbo en hbo, wil daarnaast graag de dialoog methodiek die hij gebruikt in zijn klas, delen met andere docenten. Geïnteresseerden kunnen hem via LinkedIn een bericht sturen.
Vanavond – 28 februari om 19.30 uur – organiseert het KNAG verder een online nascholingsbijeenkomst. Leo Paul (Geowetenschappen, Universiteit Utrecht) geeft hierbij een lezing over de natiestaatvorming van Oekraïne, en Wim Berkelaar (historicus VU) beantwoordt vragen over de geschiedenis van het land. Deze online bijeenkomst zit inmiddels vol, maar wordt opgenomen en zal later worden gedeeld via de website Geografie.nl.
Bron: VO-raad